Jan Beek: ‘Ik kan kwaliteit bepalen, maar lekker bepaalt iedereen zelf.’

Interviews
zaterdag, 04 maart 2023 om 11:00
jan beek
Jan Beek (62), de eigenaar van Beek Spirits, is een man die veel dingen tegelijk doet: proeverijen geven, lesgeven, experimenten in zijn eigen bedrijf Beek Spirits, nieuwe dranken maken en schrijven voor het blad Whisky Passion. Alles heeft dezelfde verbindende factor: whisky. Maar wat is nu het leukst?
‘Nieuwe dingen maken is het leukst. Bezig zijn met nieuwe vaten.’ Hij hoeft er geen seconde over na te denken. Jan Beek vindt het leuk als mensen zijn drank, die hij zelf maakt en Nederlandse whisky’s die hij koopt en vervolgens blendt appreciëren. De Dutch blend gaat voor een gedeelte in de fles, de rest krijgt een finish in verschillende vaten. Zelf drinkt hij amper nog alcohol, omdat hij een jaar geleden een herseninfarct heeft gehad. Dus is hij een man geworden die vooral anderen blij maakt.

Het idee van een reeks maken

En vooral om te experimenten, want hij experimenteert erop los. Beek Spirits zit gevestigd in Kampen en vlak bij huis kan hij naar hartenlust van alles bedenken. Hij is zo’n 5,5 jaar geleden voor zichzelf begonnen nadat hij zo’n twaalf jaar bij groothandel Van Wees in Amersfoort heeft gewerkt. Van de een op de andere dag wist hij het zeker: hij wilde een reeks maken. En als hij iets in zijn kop heeft, zoals hij zelf zegt: ‘Dan moet het.’
Dat hij voor zichzelf begon, was in eerste instantie niet eens het plan.
‘Nou, de belangrijkste reden was dat ik een mooie serie wilde maken en dat wilde ik eigenlijk doen bij meneer van Wees. Maar meneer van Wees zag het eigenlijk niet zitten. Hij zei: dat kost te veel tijd.' Dat idee van een hele lijn ontwikkelen kreeg Jan niet uit zijn hoofd, waarop hij naar Patrick van Zuidam ging. Laatstgenoemde was laaiend enthousiast. ‘Hij zei: kom maar. Toen dacht ik, ik ga het zelf doen. Dus ik heb de volgende dag ontslag genomen.’
Wel vroeg Jan kort daarna aan Van Wees of hij de distributie wilde doen, wat in eerste instantie geweigerd werd. Ook hier geldt weer: wat Jan in zijn kop heeft, gaat er niet uit. ‘Ik zei, dan ga ik wel naar een ander en toen viel er wel te praten.’
‘We werken nu weer heerlijk samen. Hij zei later ook: ik dacht, dat krijg je niet van de grond.’ Na excuses was het weer koek en ei. Van Wees verdient aan de onafhankelijke bottelaar en Jan is blij met de distributie. Grinnikend vertelt Jan: ‘Ik heb stiekem een stukje van zijn pand ingepikt.’

‘Whisky-wereld is totaal debiel geworden’

In dat pand maakt Jan van alles en zijn reeks bevat diverse alcoholische dranken, in allerlei kleuren. Zo heeft hij Limoncello gemaakt, Amaretto, Speculaaslikeur, Cognac en nog veel meer. Wat opvalt is hoe de lijn eruit springt in soberheid. De labels kenmerken zich door eenvoud, het logo is strak zonder tierelantijntjes en de vorm van de fles is niet bijzonder. Hoewel op het eerste oog de flessen er misschien niet heel indrukwekkend uitzien, is alles geheel professioneel tot in de puntjes bedacht en uitgewerkt.
Het brein achter alles is Jans vriendin Mara, die architect is en goed kan ontwerpen. Jan is er overduidelijk mee in zijn nopjes want hij vindt de whiskywereld ‘totaal debiel’ geworden. Hij steekt zijn onbegrip niet onder stoelen en banken: ‘Al die toeters en bellen, mooie verpakkingen en lulverhalen.’ Daar heeft hij niets mee. Hij begrijpt dat de markt zo werkt, maar hij doet er niet aan mee. En waarom zou hij? Hij pakt één van zijn eigen flessen erbij: ‘Als je deze fles weggooit, gaat 2,5 euro weg. Als ik daar een mooie kist omheen doe, gaat er vijftien euro weg. Ik had nooit gedacht in mijn leven dat ik dit ooit nog zou zeggen, maar ik ben van de inhoud.’ Hij moet er hard bij lachen.

Goede vaten zijn key

Jan benadrukt meerdere keren hoe hij van de kwaliteit is en de afgelopen jaren een heel netwerk om zich heen gebouwd heeft waardoor hij makkelijker dan wellicht anderen aan speciale vaten kan komen. Een Calvados is bijvoorbeeld zeldzaam, daar kun je niet zo makkelijk aan komen. ‘Ik wil altijd bijzondere dranken per vat hebben.’ Als een finish een keer tegenvalt, gooit hij het in de volgende batch blend en is het probleem ook opgelost. Goede vaten zijn het allerbelangrijkste. ‘Middelmatige whisky kan in een goed vat heel erg goed worden en hele goede whisky wordt in een slecht vat nooit goed.’
Hij ziet bij veel andere onafhankelijke bottelaars te veel van hetzelfde. ‘Die komen allemaal op dezelfde plekken,’ met als gevolg dat ze met dezelfde whisky op de markt komen. ‘Ik vond de whisky-industrie eigenlijk al heel lang niet meer zo leuk. Omdat de spanning van het zoeken naar mooie vaten er af was.’ Jan wil koste wat het kost mooie vaten hebben en blijven experimenteren. Dan zit hij in zijn element.

Het is een pikorde en hij heeft het geluk dat hij aan de goede kant zit. ‘Als je bovenin zit, heb je de eerste keus, dan heb je goede vaten. Dan komt de volgende, die krijgt minder goede vaten, dan komt er weer een en zo gaat het door.’ Jan ziet nu veel producten op de markt komen met foutjes. Dat er bijvoorbeeld iets op de markt komt wat gelegen heeft in een minder vat. ‘Ik zeg altijd: als je een fles whisky van een tientje de lekkerste vindt, ben je een geluksvogel. En ik kan kwaliteit bepalen, maar iedereen bepaalt zelf wat hij lekker vindt.’

Kleine distilleerderijen

Hoewel Jan het jammer vindt dat de unieke vaten er bijna niet meer zijn, de whisky-industrie volgens hem een geldindustrie is geworden en er dingen nu minder leuk zijn dan pak hem beet tien jaar geleden, zijn er toch ook dingen aan de whisky-industrie die hij nog wel kan waarderen. ‘Er ontstaan nog steeds nieuwe distilleries. Er zijn nog leuke gekke bottelingen. Er zijn nog steeds fantastische whisky’s.’
Zo vindt hij Arran, Edradour en Ballechin goed. Vooral de niet bekende jongens kan hij waarderen.
Hij betreurt het dat de whisky-industrie een beetje gek is geworden. ‘Het grote probleem met de whisky-industrie is dat de liefhebbers daar een waas van romantiek om heen bedacht hebben. Maar sorry, iemand die ’s ochtends om acht uur zijn distillery binnenstapt en whisky gaat stoken, oftewel de ketel bedient, wat is daar romantisch aan? Hij kan net zo goed naar een fabriek voor gymschoenen gaan. Whisky maken is niet romantisch. Ik ken genoeg distilleries die fabrieken zijn.’

Calvados net uit en nog een whisky op komst

Wel vindt hij het romantisch als een stelletje zijn whisky drinkt. Dus whisky kan wel romantisch gemaakt worden in een setting. Momenteel is net De Calvados (een Dutch Blend nagerijpt op een Calvados vat) uit en volgende maand komt Jan nog met een nieuwe whisky op de Markt: een Haran. Daarover later meer.
In samenwerking met Jan Beek hebben we ook een toffe prijsvraag, doe mee
Favoriete whisky: 'Een oude Brora.'
Aantal glaasjes whisky per week: '0. Alleen bij speciale gelegenheden.'
Leukste fles whisky in bezit: 'Nummer 1 van batch no. 1 van de eerste Nederlandse geturfde whisky van Zuidam.'
Duurste whisky ooit gedronken: Mortlach 75 Years
Whiskyland om in de gaten te houden: 'Ieder land heeft goede en slechte whisky.’
Whisky die je zelf had willen bedenken: 'Dat weet ik niet.'
Smerigste whisky ooit gedronken: 'Dat was een Chinese whisky die in stenen kruiken gerijpt had in een grot. Dat was niet te zuipen.'