Bij
Douglas Laing wordt whisky gebotteld “zoals de distilleerder het bedoeld heeft”: zonder kleurstoffen, zonder koude filtratie, en altijd met de nadruk op integriteit, karakter en kwaliteit. Whisky Monkeys sprak met Cara Laing, die het familiebedrijf leidt.
Allereerst: men zegt dat het whiskylandschap momenteel behoorlijk turbulent is. Hoe gaat het bij jullie?
Het is zonder twijfel een dynamische tijd voor whisky, maar wij staan er goed voor. Als familiebedrijf zijn we altijd wendbaar geweest en kunnen we snel schakelen, wat een voordeel is wanneer de markt beweegt. We zien aanhoudend enthousiasme voor authentieke, hoogwaardige Scotch, en dat speelt ons in de kaart. Het landschap is competitief, maar er is echt vraag naar wat wij doen: eerlijke, kleinschalige, karaktervolle whisky’s met echte herkomst.
Welke landen laten binnen jullie portfolio de sterkste groei zien?
Op dit moment zien we bijzonder sterke groei in Japan, Nederland en Frankrijk. Elk van deze markten heeft een diep respect voor kwaliteit en ambacht, en consumenten raken daar echt betrokken bij de verhalen achter onze merken. Japan blijft authenticiteit en detail waarderen, Nederland heeft een levendige gemeenschap van nieuwsgierige whiskydrinkers die graag ontdekken, en Frankrijk is nog altijd een van Europa’s meest gepassioneerde en deskundige whiskymarkten.
Wat zijn de grootste uitdagingen van dit moment?
De logistiek en de kosten van wereldwijd zakendoen zijn complexer geworden, van verpakkingsketens tot internationale verzending. Tegelijkertijd is de concurrentie toegenomen, met veel nieuwe spelers in de categorie. Voor ons is de uitdaging om ervoor te zorgen dat onze boodschap van kwaliteit, eerlijkheid en familieambacht gehoord wordt. Consistentie in kwaliteit behouden terwijl we opschalen, nemen we extreem serieus; we doen geen concessies.
Hoe voelt het om het familiebedrijf te sturen?
Het is ongelooflijk bevredigend, maar ik zou liegen als ik niet toegeef dat het soms ook ontzettend uitdagend is. Je krijgt niet de kans om echt uit te schakelen – ik kan me niet eens herinneren hoe je je e-mail op ‘out of office’ zet – je lééft het bedrijf en de sector. Gelukkig hou ik zielsveel van Scotch whisky, van het bedrijf en van de industrie, en dat helpt enorm.
Hoeveel ruimte is er voor creativiteit in het blenden versus trouw blijven aan de huisstijl?
Er is een prachtige balans tussen die twee. Onze huisstijl is het fundament; die zorgt ervoor dat wie een whisky van
Douglas Laing inschenkt, weet wat hij of zij kan verwachten qua kwaliteit, diepte en karakter. Maar binnen dat kader is er zeker ruimte voor creativiteit. Elk vat heeft zijn eigen eigenaardigheden en een deel van de kunst van het blenden is weten hoe je die individuele kenmerken laat stralen zonder het DNA van het merk kwijt te raken. We experimenteren af en toe met verschillende vatfinishes of verhoudingen, maar nooit ten koste van authenticiteit. Innovatie moet het verhaal versterken, niet herschrijven.
Wanneer weet je of een vat of blend echt een “Douglas Laing whisky” is?
Het is een combinatie van instinct, ervaring en emotie. We selecteren en blenden al vaten sinds 1948 en in de loop der tijd ontwikkel je een diep begrip van wat past binnen onze huisstijl. Een Douglas Laing whisky moet persoonlijkheid hebben; hij moet een verhaal in het glas vertellen. We hanteren een echte ‘quality first’-benadering, gebaseerd op gevoel en smaak in plaats van een vaste ‘formule’ – we zoeken naar balans, diepte en eigenheid.
Is er een specifieke botteling waar je persoonlijk het meest trots op bent, en waarom?
Scallywag ligt me bijzonder na aan het hart en is waarschijnlijk ook mijn “daily dram”. Het was een van de eerste Douglas Laing-merken die ik samen met Fred ontwikkelde – van de verpakking tot de naam en vooral de samenstelling van de blend zelf; het was een blanco canvas, en ik krijg nog steeds een kick als ik ’m ergens in de wereld op het schap zie staan. En ik ben ook nog eens een grote hondenliefhebber!
Wat vind je van de groeiende interesse in single cask releases en transparantie rond herkomst?
We juichen dat absoluut toe – sterker nog, we pleiten al decennialang voor die aanpak. Whiskyliefhebbers willen tegenwoordig weten waar hun dram vandaan komt, hoe hij gerijpt is en waarom hij smaakt zoals hij smaakt. Transparantie schept vertrouwen en Single Cask-bottelingen zijn de puurste uitdrukking van die filosofie. Elke botteling is uniek, nooit te herhalen, en het stelt ons in staat de eigenheid van Schotlands vele distilleerderijen te vieren.
Wat is je mooiste whiskyherinnering?
Zó veel!! Te veel om er maar één te kiezen, maar eentje die er echt uitspringt en nog recent is, is het samenstellen van batch 1 van Strathearn Single Malt – ironisch genoeg was het een enorme oefening in blenden… ironisch voor een Single Malt – maar we hadden zó veel Single Casks van Strathearn en maakten zó veel proefblends voordat we uiteindelijk precies dat vonden waar we op hoopten. Dat gaf een geweldig gevoel, en om het vele maanden later in een bar in Singapore te proeven tijdens de lancering van Strathearn was een heel bijzonder moment.
Wat zou je zeggen tegen mensen die denken dat gevestigde merken beter zijn dan independents?
Ik zou zeggen: we zijn allebei belangrijke onderdelen van hetzelfde ecosysteem. Gevestigde distilleerderijmerken doen fantastisch werk om mensen kennis te laten maken met Scotch, maar independents zoals wij bieden de volgende stap – de kans om diepte, diversiteit en ontdekking te verkennen. Als familiebedrijf hebben we toegang tot ongelooflijke voorraden uit heel Schotland en de vrijheid om ze op hun eigen merites te bottelen. Voor veel drinkers is juist die reis, van grote merken naar onafhankelijke bottelaars, wat hun passie voor whisky levend houdt.
(…) Mijn grootste focus nu is het wegnemen van het negatieve beeld van Blended Malts. Ik droom van de dag dat consumenten openstaan voor de vele, vele, vele deugden van een geweldige Blended Malt.
Favoriete whisky: Het moet wel Scallywag zijn, al komt dat waarschijnlijk ook omdat de winter eraan komt!
Aantal drams per week: Minstens 15, maar daar zitten ook proefsamples bij!
Leukste fles in je collectie: Ik heb de 3 Paps of Jura-bottelingen – dat was mijn eerste stukje whisky-NPD
Duurste whisky die je ooit hebt geproefd: Geluksvogel: verschillende Bowmore’s uit de vroege jaren zestig
Whiskyland om in de gaten te houden: Voor ons ligt er veel focus op Australië
Whisky die je graag zelf had willen maken: Ik ben dol op Aberlour A’Bunadh
Minst favoriete whisky: Ik ben te beleefd om daarop te antwoorden!