Het is weer donderdag en daarom tijd om in de rijke geschiedenis
van een distilleerderij te duiken. Deze week begeven we ons op Schotse grond,
waar we het verhaal achter de
Aberlour Distillery ontrafelen. En daarvoor gaan
we bijna 200 jaar terug in de geschiedenis naar het prachtige Speyside. Welkom
bij een nieuwe
Distilleerderij Donderdag.
De originele Aberlour distilleerderij
Als je een fles Aberlour whisky thuis hebt staan, kun je
daarop de volgende tekst lezen: ‘est. 1879’, oftewel sinds 1879. Hoewel deze
vermelding correct is rondom de oprichting van de moderne Aberlour
distilleerderij, moeten we voor de oorsprong van deze Speyside distilleerderij een
heel stuk verder terug in de tijd. Om precies te zijn begint het verhaal van
Aberlour
Distillery ruim 50 jaar eerder in 1826.
In dat jaar richten Peter Weir en James Gordon de
oorspronkelijke Aberlour distilleerderij op. De stokerij wordt vlakbij de
rivier de Spey in het dorp Aberlour gebouwd. Het duurt ongeveer een jaar
voordat de stokerij van eigenaren wisselt, want in 1827 trekt Peter Weir zich
terug uit het project. Het eigendom gaat daardoor naar de broers James en John Grant.
Zij besluiten al vrij snel om de stokerij achter zich te
laten om zelf een distilleerderij op te zetten. In 1838 stichten zij de Glen
Grant Distillery, terwijl de Aberlour Distillery inactief achter blijft. Uiteindelijk
breekt er in 1879 een enorme brand uit die het grootste gedeelte van de
gebouwen verwoest.
Een enorme knal
James Fleming, een bankier uit Aberlour en de nieuwe
eigenaar van de distilleerderij, besluit op dat moment om op een andere plek de
stokerij opnieuw op te bouwen. Hij besluit dat een plek vlakbij twee watermolens,
een graanmolen en een zaagmolen geschikt is voor de stokerij. De plek ligt bovendien
aan de Burn of Aberlour, een zijtak van de rivier Spey. Fleming krijgt groen
licht van de Earl of Fife om de bouw te beginnen en een jaar later is de
stokerij klaar voor productie.
Aberlour Distillery is op dat moment de modernste
distilleerderij van de regio die actief stookt. Er gaat weer spirit vaten in om
omgetoverd te worden tot Speyside whisky en dat gaat jaren goed. In 1892
verkoopt Fleming de Speyside stokerij om zich te gaan richten op andere zaken
in het dorp. De nieuwe eigenaren zijn de beheerders van de distilleerderij.
Onder hun leiding vloeit er meer spirit uit de ketels,
totdat in 1898 een enorme knal op het terrein klinkt. Een enorme ontploffing
zorgt voor een intense brand, waarbij een vlammenzee het grootste gedeelte van
de nieuwe Aberlour distilleerderij in de as legt. Ook gaat het merendeel van de
gemaakte whisky verloren. De huidige eigenaren treuzelen niet, maar beginnen
direct met het herbouwen. Gezien de brand nagenoeg alles verwoest heeft, wordt er
meteen van de gelegenheid gebruik gemaakt om alles nogmaals te moderniseren en
te voorzien van de nieuwste ketels en apparatuur die op dat moment beschikbaar
is.
De Aberlour Distillery stills - Foto: Pernod Ricard
Wisselingen van de wacht
Nadat Aberlour herbouwd is, wordt deze uiteindelijk verkocht
aan een brouwersfamilie. W.H. Holt & Sons neemt de leiding over en weet
zonder problemen ruim 24 jaar aan de slag te gaan in Speyside. In 1945 verkoopt
ook deze partij de stokerij weer, dit keer aan S. Campbell and Sons. Deze
nieuwe eigenaar investeert flink in de uitbreiding van de capaciteit. Zo worden
de twee huidige koperen ketels vervangen door vier nieuwe exemplaren.
Aberlour Distillery wordt hiermee een van de grootste
distilleerderijen in Schotland op dat moment. Dat moet ook wel, want de vraag
naar whisky is enorm. De distilleerderij besluit ook de aanpak van het stoken
en het rijpen te veranderen. Alle nieuwe whisky’s worden voortaan dubbel
gedistilleerd en rijpen bijna uitsluitend in rode wijn- en sherryvaten. Er
wordt ook alleen nog maar lokale gerst gebruikt die uit de regio van Aberlour
gehaald wordt.
De nieuwe whisky’s zijn kenmerkend voor Aberlour: zacht en overwegend
zoet van aard. Het levert een nieuwe groep liefhebbers met een voorkeur voor de
smaak van donker fruit en een nootachtig smaakprofiel. In 1974 is er nog een
wisseling van de wacht. S. Campbells and Sons wordt overgenomen door het Franse
drankenbedrijf
Pernod Ricard. Aberlour komt daardoor in het portfolio van Chivas
Brothers terecht. Onder de vleugels van Pernod Ricard heeft Aberlour de
afgelopen jaren een flinke ontwikkeling doorgemaakt.
De Aberlour Distillery Spirit Safe- Foto: Pernod Ricard
Een flink assortiment whisky’s
Het merk is op de kaart gezet als een single malt whisky en
het assortiment is flink uitgebreid. Er zijn verschillende expressies met een
leeftijdsaanduiding die variëren van 10 jaar oud tot 21 jaar oud. De 12 en 14 Year
Old Double Cask whisky’s zitten in het kernassortiment van de distilleerderij,
net als de A’bunadh whisky. Voor deze laatste whisky heeft de Speyside stokerij
zich laten inspireren door oud Gaelic.
A’bunadh betekent namelijk vrij vertaald ‘de originele’ of ‘de
oorsprong’. Het verhaal van deze whisky komt uit de tijd van de renovatie van
de distilleerderij. Tijdens de werkzaamheden werd namelijk een oude fles
gevonden, waarin deze whisky zat. In onze
Whisky
Names Explained over de fles vind je meer over dit opmerkelijke verhaal en
hoe de distilleerderij het recept wist na te maken. Ook kun je in onze
Aberlour
A’bunadh Alba review terecht om meer over de expressie te weten te komen.
Hoofdfoto: Pernod Ricard