Deze week gaan we het water over naar Schotland. Deze
Distilleerderij Donderdag is het namelijk tijd om naar een van de wat bekendere
Schotse distilleerderijen te kijken:
Laphroaig. Het verhaal van deze stokerij
neemt ons mee naar een tijd van turf, veehouderij, burenruzies en whisky.
Een illegaal begin?
Op het Schotse eiland Islay wordt al eeuwen whisky gestookt.
Dit begint in een ver verleden met kleine stokers die het levenswater illegaal
maken, tot grote ergernis van de autoriteiten. Na een aantal acties tegen de
illegale activiteiten, besluit de overheid om de regels rondom het maken van
drank te versoepelen.
Voor stokers is dit de kans om uit de schaduwen te treden en
van hun illegale activiteiten ineens een legaal bedrijf te maken. Hier begint
het verhaal van de Laphroaig distilleerderij. Donald en Alexander Johnston pachten
namelijk een flink perceel van de landheer op Islay, waar ze vee houden. Als
wintervoer voor deze dieren gebruiken ze zelf verbouwd gerst, maar daar blijft
steeds flink wat van over. Door de nieuwe regelgeving kunnen ze eindelijk (legaal)
aan de slag met hun eigen distilleerderij aan de zuidkust van het eiland.
De Johnstons gebruiken voor hun whisky eigen gerst die op de
turfachtige grond groeit. Het water dat gebruikt wordt komt uit de Kilbride,
een zijtak van de Surnaig rivier en zo water uit zee landinwaarts
brengt. Door de grond krijgt het water een zachte invloed van turf mee.
Afscheid
Als je er een willekeurige fles Laphroaig bij pakt, weet je
ongeveer in welk jaar we inmiddels zijn aanbeland: 1815. In dat jaar is de
Islay distilleerderij officieel geopend. Maar we zijn pas aan het begin van het
verhaal.
Donald en Alexander hebben elk een andere visie voor de
stokerij. Het leidt er uiteindelijk toe dat Donald zijn broer voor 350 pond
uitkoopt en alleen verder gaat met Laphroaig. Dat gaat ongeveer 30 jaar goed
tot aan het overlijden van de eigenaar in 1847. De vrienden en familie van
Johnston nemen de stokerij op Islay over.
In de jaren die volgen groeit Laphroaig flink door totdat er
aan het einde van de 19e eeuw een luxeprobleem ontstaat: door de
enorme populariteit van whisky wordt er zoveel van Laphroaig afgenomen voor
blends dat er tekorten ontstaan. Een van de grootste afnemers is de buurman van
de distilleerderij Mackie and Co.
Een burenruzie
Door de tekorten moet Laphroaig terug schalen wat er aan deze
handelaar geleverd wordt en dat zorgt voor flinke onvrede. Uiteindelijk
verslechtert de relatie tussen de partijen zo erg dat er aan alle kanten
ellende ontstaat. Peter Mackie, de eigenaar van Mackie and Co. probeert zelfs
de stokerij te saboteren door de watertoevoer in de rivier af te snijden. Een
rechter moet er uiteindelijk bij komen om ervoor te zorgen dat de aanvoer van
water naar de stokerij weer hersteld wordt.
Mackie geeft zich niet gewonnen, maar besluit Laphroaig op
een andere manier te dwarsbomen. De buurman gaat in gesprek met de hoofdbrouwer
van de distilleerderij en kaapt deze uiteindelijk zelfs weg om een eigen whiskymerk
op te zetten. Daarbij wordt er een exacte kopie van de Laphroaig ketel gebouwd in
een poging de whisky na te maken. Iets waarin Mackie en zijn nieuwe brouwer
jammerlijk falen.
De Laphroaig Distillery vanuit de lucht - Foto: Laphroaig
Tijd voor verandering
Toch heeft dat een uitdaging voor Laphroaig opgeleverd, want
nu moet er een nieuwe hoofdbrouwer komen. Gelukkig staat er iemand te popelen
om die rol te vervullen: Ian Hunter. Hij is de laatste van de Johnston familie en
degene die voor een radicale beslissing zorgt.
Hunter gaat namelijk aan de slag met een flinke uitbreiding.
Daarvoor zorgt hij eerst dat het land wat nog steeds gepacht wordt, eigendom
van de stokerij wordt. Daarna verdubbelt hij de capaciteit van de distilleerderij met exacte kopieën van de wash stills en de
spirit stills die er al zijn.
Daarna gaat hij aan de slag met de moutvloer. Er komen grote
ramen en ventilatoren bij die ervoor zorgen dat er een aanvoer van zeelucht bij
de mout komt. Het karakter van Laphroaig komt met deze wijziging met grote
sprongen dichterbij de Islay whisky die we vandaag drinken. De bekendheid van
het whiskymerk begint zich inmiddels te verspreiden tot in Europa, Canada en
zelfs de Verenigde Staten.
Maar Hunter is nog niet klaar met zijn ideeën. Hij wil de
spirit laten rijpen in ex-bourbonvaten en nog veel meer. Zijn opvattingen worden
gedeeld door Bessie Williamson, die uiteindelijk de leiding over de distilleerderij
in 1954 overneemt van Hunter, als hij overlijdt. Ze is de eerste vrouwelijke
eigenaar van de stokerij.
Hofleverancier van het Koninklijke huis
Uiteindelijk besluit Williamson de stokerij in de jaren ’60 van
de hand te doen aan Seager Evans & Co. Het bedrijf kan makkelijker op
internationaal niveau schakelen en weet Laphroaig dan ook beter op de
wereldkaart te zetten. Het Islay whiskymerk groeit in de jaren daarna gestaag
door en er verschijnen verschillende expressies.
Deze vallen ook bij de Charles III in de smaak die op dat moment nog de prins
van het Verenigd Koninkrijk is. Hij bezoekt in 1994 de
distilleerderij en reikt daarbij meteen de Royal Warrant uit. Vanaf dat moment
is Laphroaig hofleverancier van het koninklijke huis.
In 2006 staat er nog een wisseling van de wacht voor de
deur. John Campbell wordt in dat jaar namelijk de Distillery Manager bij
Laphroaig. Hij voert deze taak ruim 16 jaar met passie voor het vak, Islay en
whisky uit, maar daarna draagt hij het stokje over aan Barry MacAffer. Zelf
vertrekt hij naar de Lowlands distillery Lochlea.
De komst van Malt Boy
MacAffer kent de stokerij maar al te goed, gezien hij er al
als kind komt. Bovendien werkt hij al sinds 2011 voor de stokerij. Zijn loopbaan begint bij de moutvloer, waar hij al snel de bijnaam Malt Boy krijgt. Na een aantal jaar trouwe dienst groeit hij door naar een nieuwe functie als als assistant manager onder Campbell. Deze functie bekleedt hij zes jaar lang totdat hij het stokje over mag nemen van de man.
Onder leiding van Malt Boy wordt momenteel de karakteristieke Islay
whisky Laphroaig nog steeds gemaakt met water uit de Kilbride rivier. De
zeelucht en de turfachtige grond helpen een handje bij de kenmerkende smaak van
de whisky, maar dat geldt ook voor de grote ketels en de manier van stoken die
Laphroaig erop na houdt.
Om daar meer over te leren, kun je de distilleerderij op
Islay bezoeken. Daar ben je bijna altijd welkom voor
een tour en een tasting.
Foto: Laphroaig